Henriëtte Hoogstraal-De Haan in deel 6 van Joodse Huizen
Henriëtte Hoogstraal-De Haan was het eerste vrouwelijke gemeenteraadslid in Apeldoorn. Zij en haar man Hartog werkten beiden in Het Apeldoornsche Bosch. Onlangs verscheen deel 6 van Joodse Huizen waarin een hoofdstuk aan haar gewijd is.
Amphora Books geeft sinds een aantal jaar de reeks Joodse Huizen uit. Aan de hand van familiegeschiedenissen en de verhalen die verbonden zijn aan woonhuizen, wordt in deze reeks de geschiedenis van de Joden in Nederland verteld. Recent verscheen deel 6 met een hoofdstuk over Henriëtte Hoogstraal-
De Haan (1888-1943), het eerste vrouwelijke gemeenteraadslid in Apeldoorn namens de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij, voorloper van de PvdA.
Henriëtte Hoogstraal-De Haan en haar man Hartog werkten beiden in Het Apeldoornsche Bosch. In 1919 werd ze lid van de volksvertegenwoordiging.
In de gemeenteraad vraagt ze herhaaldelijk om aandacht voor de gruwelen in nazi-Duitsland. Haar voorstel om geen zaken meer te doen met de oosterburen wordt verworpen. Ze ergert zich voortdurend aan de ontwijkende en soms zelfs naïeve houding van sommigen in haar omgeving. 'Heden zij, morgen wij' is een uitspraak die ze in de context vaak gebruikt.
De werkgroep Gedenkstenen Joods Apeldoorn heeft sinds 2018 ruim 150 gedenkstenen gelegd bij de huizen van Joodse Apeldoorners. Een van die stenen ligt aan de Cereslaan 6 waar Hoogstraal-De Haan met haar man en twee kinderen woonde. In 1943 werd het gezin gedwongen hun huis te verlaten. In hetzelfde jaar wordt ze vermoord in Auschwitz. Ze is dan 54 jaar.
In de raadsnotulen van de gemeente Apeldoorn zoals die door CODA Archief beheerd worden, is meer te lezen over het politieke leven van Hoogstraal-
De Haan. Joodse Huizen - deel 6 is hier te bestellen.